Het is Hollandse donderdag! En ik wil het met je hebben over boterkoek! Want, wie kent het niet. Het is oer Hollands, op het oog een heel simpele koek, maar voor de echt lekkere koek is het zaak om goed de receptuur te volgen. Gewoon in de supermarkt kopen? Nou dat kan, maar het heeft niets te maken met zelfgemaakte boterkoek van echte roomboter. Beetje knapperig aan de buitenkant en lekker zacht van binnen. Heerlijk bij een kop Hollandse koffie. En tja die calorieën die nemen we maar even voor lief toch?

Hoe maak je zelf echte boterkoek?

Typisch Hollands

Je zou het wellicht niet zeggen, maar als er iets typisch Hollands is, dan is het wel boterkoek. Zelfs in de landen om ons heen hebben ze hem niet. In België is boterkoek iets dat meer lijkt op onze koffiekoeken. En in de Joodse keuken, waar de koek waarschijnlijk uit ontstaan is, horen er gembersnippers op.

De volkskeuken

De koek bestaat uit slechts 3-4 ingrediënten: Roomboter, suiker, bloem en een snufje zout. Lekker zoet en goedkoop dus. Het wordt dan ook echt gezien als iets uit de Hollandse volkskeuken en heeft niets met de ingewikkelder gebakssoorten te maken. Waar de koek precies vandaan komt is niet bekend, maar volgens het kookboek ‘De Joodse keuken’ van Claudia Roden zijn het de Joden uit Spanje en Portugal geweest die het in de 17^e en 18^e eeuw meenamen naar Nederland. Niet dat er toen officiële recepten waren. Die duiken pas in de jaren ’30 van de vorige eeuw op in kookboeken.

Roomboter

Het was Johannes van Dam die bepaalde dat de koek alleen met roomboter gemaakt mocht worden. Daarmee valt al veel boterkoek uit de supermarkt dus af…

De supermarkt werkt vaak met de goedkopere boters en zet liever niet al te hoge vetgehaltes op de verpakking. Dus gebruikt ze vaak geen roomboter. Maar, als je voor smaak gaat is het toch echt lekkerder om voor roomboter te gaan. En als je iets wil simpels wil maken waar praktisch iedereen dol op is, dan zit je met boterkoek goed. Wat je wel echt nodig hebt is zo’n handige boterkoekvorm. Je vindt ze makkelijk bij de kringloopwinkels. Het zijn van die ondiepe, ronde taartvormen met zo’n ronddraaiend mes op de bodem.

Maar wat is echte boterkoek precies?

Niet die harde ronde dingen die je in de supermarkt vindt. Ook niet die kleine reepjes koek in plastic verpakt.

Nu is de grap bij ogenschijnlijk simpel te maken producten altijd dat het toch tegenvalt om het echt goed te krijgen. Dat geldt ook voor boterkoek. Het binnenste moet namelijk heel zacht blijven en de buitenkant mag iets krokant zijn en moet gelijk van kleur zijn. Dat is dus lastig bakken qua temperatuur en je moet heel goed op de verhoudingen boter, suiker en bloem letten. En de oven mag echt niet warmer worden dan 180 graden, anders krijg je snel een te harde koek. En tenslotte komt er bij echte boterkoek geen ei aan te pas, behalve dan om de bovenkant mee in te smeren voor een mooi bruin laagje. Niet te dik, want dan wordt het zo’n los velletje en dat is ook niet lekker.

Hoe maak je boterkoek?

Neem 250 gr suiker, 350 gr gezouten roomboter en 350 gr bloem in gelijke verhoudingen. Ietsje minder suiker mag ook.

Meng de boter en witte basterdsuiker met een snufje zout.

Zeef dan de bloem boven en meng dat snel door de boter. Kneed de boter met je handen door de bloem en suiker.

Een beetje citroenrasp zorgt voor extra smaak, maar hoeft niet.

Doe het deeg in de vorm. Druk het goed plat.

Maak met een mes een mooi ruitmotief in de bovenkant van de koek.

Kluts een ei in een kommetjes en bestrijk de bovenkant van de koek met een kwastje in met ei. Bak de koek dan 30-40 minuten in de voorverwarmde oven op 180 graden.

Laat de koek helemaal afkoelen voordat je hem opeet.

TG Facebook Comments